Citaat uit Het Denken een afwijking
Een veel gehoorde spirituele kreet is ‘je bent al verlicht, alleen je weet het nog niet.’
Hoe dwaas en goedgelovig is de denkende mens. Het is hetzelfde als tegen een boer zeggen tijdens een periode van onophoudelijke regen: ‘De zon schijnt wel, alleen je ziet het niet.’
'Verlichting' zou kunnen betekenen: verlossing, bevrijding, opluchting, alles plotseling helder zien. Maar hoe kan er opluchting en inzicht zijn als Het Denken nog bezig is om in de toekomst het geluk te vinden? Nu is het leven van de denkende nog somber, krampachtig of onrustig, strevend. Er is geen sprake van verlossing. De zon is er wel, maar wat heeft de zoekende daaraan als zij schijnt achter donkere wolken? De wolken zijn de realiteit.
Dat verlichting al aanwezig is terwijl het niet wordt gekend, is de oppeppende kreet van de denkende mens die zijn verlangen tegen beter weten in vervuld wil hebben. Ook in dit statement 'je bent al verlicht, alleen je weet het nog niet' geeft Het Denken hoop en schept het verwachtingen. Hoop en verwachtingen liggen in de toekomst.
De vraag: ‘hoe kan ik verlichting ervaren?’, heeft voor de denkende mens dezelfde betekenis als ‘hoe kan ik het bereiken?’
De onzin van de bewering dat hij al ‘verlicht is maar dat hij het alleen nog niet weet’ merkt de spirituele aanhanger die alles voor zoete koek slikt, niet op. Want, volgelingen zijn lui, uit zichzelf doen ze niets. De goedgelovige wil bij degene horen die deze nonsens verkondigt en hij stelt alleen vragen om complimenten te ontvangen of om zich te kunnen onderscheiden.
Accepteren, dat er op dit moment geen zon is maar donkere wolken ruimt meteen op en maakt het leven een stuk lichter.